Module grenzen & gedrag


 1

Module grenzen & gedrag

Wat gebeurt hier volgens jou?

Frustratie is menselijk, maar dreiging of intimidatie is onaanvaardbaar.

Een collega mag boos zijn, maar het blokkeren van iemands pad en dreigend taalgebruik zijn vormen van agressie. Dit gedrag is bedoeld om angst op te roepen en is daarom grensoverschrijdend.

De collega gebruikt lichaamstaal en woorden om macht uit te oefenen.

Door de uitgang te blokkeren en een dreigende boodschap te geven, probeert de collega de ander te intimideren. Zelfs zonder fysiek geweld is dit een vorm van agressie: het veroorzaakt angst en onzekerheid.

Dreiging met woorden en gedrag komt agressief over. Het gaat een grens over, ook als het anders is bedoeld.

Dit gedrag veroorzaakt angst en komt over controle uit te oefenen. De medewerker wordt geïntimideerd in een besloten ruimte. Het is te begrijpen dat dit wordt aangekaart zodat stappen genomen kunnen worden om de veiligheid te waarborgen.

Fysieke nabijheid en dreigende woorden zorgen voor onveiligheid.

Agressie hoeft niet altijd te leiden tot fysiek contact. Het gebruik van lichaamstaal, dreiging en het afsluiten van iemands vluchtroute zijn duidelijke signalen van agressief gedrag. Dit vraagt directe opvolging en bescherming van de betrokkene.

 2

Module grenzen & gedrag


 3

Module grenzen & gedrag

Hoe kun je in deze situatie een grens aangeven?

Neutraal benoemen – feitelijk en duidelijk.

Het duidelijk aangeven dat het gedrag onacceptabel is, helpt de situatie af te bakenen. Het is belangrijk om niet in discussie te gaan, maar afstand te creëren. Breng de norm van collectieve veiligheid in en dus niet alleen een persoonlijke beleving.

Gevoel benoemen – maakt de impact zichtbaar.

Door te zeggen wat het gedrag met je doet, wordt de grens helder. Dit kan ook anderen bewust maken van de ernst van de situatie.

Een grens aangeven met consequentie – zorgt voor opvolging.

Agressief gedrag wordt bij voorkeur gemeld. Dit is geen persoonlijke kwestie, maar een veiligheidsprobleem dat professionele opvolging vereist.

Setting benoemen – veiligheid herstellen.

Je verwijst naar de norm en kiest actief voor veiligheid. Melden is een wezenlijke stap om herhaling te voorkomen.

 4

Module grenzen & gedrag


 5

Module grenzen & gedrag

Hoe kun je dit gedrag bespreekbaar maken?

Directe opvolging – veiligheid waarborgen.

Een leidinggevende moet zorgen voor een veilige werkomgeving. Direct melden maakt snelle interventie en ondersteuning mogelijk.

Formeel traject – verantwoordelijkheid nemen.

Registreren (en evt. een klacht) zorgt dat beleid kan worden toegepast en herhaling wordt voorkomen.

Collectieve bespreking – gezamenlijke verwerking.

Een teamgesprek helpt om spanning te verminderen, openheid te herstellen en normen rond veiligheid te versterken.

Externe begeleiding – emotionele steun en advies.

Een vertrouwenspersoon helpt emoties te verwerken, vervolgstappen te kiezen en te zorgen dat je er niet alleen voor staat.

 6

Module grenzen & gedrag

Beschikbare ondersteuning

– Leidinggevende of HR voor directe opvolging.

– Vertrouwenspersoon binnen of buiten de organisatie.

– Voorlichters van KCOG.

– Online informatie met toolbox en stappenplannen van KCOG over omgaan met agressie.

Uitwerking voorlichters van KCOG

De voorlichters van KCOG kunnen medewerkers en organisaties informeren over de mogelijkheden om ongewenst gedrag aan te pakken. Zie www.kcog.nl.

Je hoeft dit niet alleen te dragen. Er is altijd hulp beschikbaar.

 7